Verwijsregistratie bGGZ (N9340)

Uit normenkaderzorg.nl
(Doorverwezen vanaf N9340)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Referentienummer: N9340
Behoort tot Normenkader ValueCare

GGZ Horizontaal toezicht

  1. GGZ Horizontaal Toezicht
Samenvatting

Maandelijks wordt via een deelwaarneming de vastlegging van informatie afkomstig van de verwijsbrief in het EPD gecontroleerd door middel van een deelwaarneming. Deze deelwaarneming geeft inzicht in de kwaliteit van registratie door de 1e line of defence (aanmeldsecretariaat).

Regelgeving / beleid
2020

Afspraken voor een rechtmatige verwijzing:
In de Gespecialiseerde GGZ (G-GGZ) is een aantoonbare verwijzing nodig:
• Bij de start van diagnostiek en behandeling.
• Bij een terugval van dezelfde zorgvraag na 365 dagen.

In de Generalistische Basis GGZ (GB-GGZ) is een aantoonbare verwijzing nodig:
• Bij de start van diagnostiek en behandeling.
• Na het verstrijken van 365 dagen (m.u.v. de prestatie chronisch).
• Bij een nieuwe zorgvraag.

Wanneer vanwege het spoedeisend karakter of wettelijke kader van de zorg een verwijsbrief niet vooraf aanwezig kan zijn, dient de huisarts binnen 30 dagen (met toestemming van de cliënt), maar maximaal 60 dagen te worden geïnformeerd. Zie toelichting: Spoedeisend karakter of wettelijk kader.

Wanneer er sprake is van start in de Zvw-gefinancierde GGZ vanuit een andere financieringsstroom, een andere GGZ-instelling of een ander echelon (GB-GGZ/G-GGZ), is er sprake van een doorverwijzing. De huisarts wordt hierover geïnformeerd in de jaarlijkse beloopbrief. Zie toelichting: Doorverwijzing.

De geldigheid van een verwijzing is 9 maanden (275 dagen). Daarbij geldt de datum van aanmelding bij de GGZ-aanbieder. Dit i.v.m. de wachttijdproblematiek. Bij het uiteindelijk openen van de DBC of een prestatie in de GB-GGZ kan de aanmelddatum (het moment dat iemand op de wachtlijst is geplaatst) in het dossier worden genoteerd onder het mom van de wachtlijst.

Bevoegde verwijzers zijn:
• Huisarts.
• Medisch specialist (inbegrepen zijn: de psychiater, specialist ziekenhuis, specialist ouderengeneeskunde en arts verstandelijk gehandicapten).
• Straatdokter.
• De regiebehandelaar van een cliënt in de GB-GGZ en/of de G-GGZ kan, als deze van oordeel is dat behandeling in de G-GGZ respectievelijk de GB-GGZ plaats moet vinden, rechtstreeks doorverwijzen naar de GB-GGZ respectievelijk de G-GGZ, omdat het in dit geval niet om een initiële verwijzing gaat. De mogelijkheid tot doorverwijzen geldt ook tussen instellingen.
• Bij de meeste verzekeraars is de bedrijfsarts ook een geldige verwijzer.

Voor parallelle DBC’s (G-GGZ) is geen nieuwe verwijzing nodig. De verwijzing voor de eerst geopende DBC geldt als rechtmatige verwijzing. 

2020: Verwijsafspraken GGZ

2021
Afspraken voor een rechtmatige verwijzing:
In de Gespecialiseerde GGZ (G-GGZ) is een aantoonbare verwijzing nodig:
• Bij de start van diagnostiek en behandeling.
• Bij een terugval van dezelfde zorgvraag na 365 dagen.

In de Generalistische Basis GGZ (GB-GGZ) is een aantoonbare verwijzing nodig:
• Bij de start van diagnostiek en behandeling.
• Na het verstrijken van 365 dagen (m.u.v. de prestatie chronisch).
• Bij een nieuwe zorgvraag.

Wanneer vanwege het spoedeisend karakter of wettelijke kader van de zorg een verwijsbrief niet vooraf aanwezig kan zijn, dient de huisarts binnen 30 dagen (met toestemming van de cliënt), maar maximaal 60 dagen te worden geïnformeerd. Zie toelichting: Spoedeisend karakter of wettelijk kader.

Wanneer er sprake is van start in de Zvw-gefinancierde GGZ vanuit een andere financieringsstroom, een andere GGZ-instelling of een ander echelon (GB-GGZ/G-GGZ), is er sprake van een doorverwijzing. De huisarts wordt hierover geïnformeerd in de jaarlijkse beloopbrief. Zie toelichting: Doorverwijzing.

De geldigheid van een verwijzing is 9 maanden (275 dagen). Daarbij geldt de datum van aanmelding bij de GGZ-aanbieder. Dit i.v.m. de wachttijdproblematiek. Bij het uiteindelijk openen van de DBC of een prestatie in de GB-GGZ kan de aanmelddatum (het moment dat iemand op de wachtlijst is geplaatst) in het dossier worden genoteerd onder het mom van de wachtlijst.

Bevoegde verwijzers zijn:
• Huisarts.
• Medisch specialist (inbegrepen zijn: de psychiater, specialist ziekenhuis, specialist ouderengeneeskunde en arts verstandelijk gehandicapten).
• Straatdokter.
• De regiebehandelaar van een cliënt in de GB-GGZ en/of de G-GGZ kan, als deze van oordeel is dat behandeling in de G-GGZ respectievelijk de GB-GGZ plaats moet vinden, rechtstreeks doorverwijzen naar de GB-GGZ respectievelijk de G-GGZ, omdat het in dit geval niet om een initiële verwijzing gaat. De mogelijkheid tot doorverwijzen geldt ook tussen instellingen.
• Bij de meeste verzekeraars is de bedrijfsarts ook een geldige verwijzer.

Voor parallelle DBC’s (G-GGZ) is geen nieuwe verwijzing nodig. De verwijzing voor de eerst geopende DBC geldt als rechtmatige verwijzing. 

2021: Verwijsafspraken GGZ

Controlemassa

Selecteer uit de totale onderzoeksmassa:

  • Alle prestatie met een startdatum in de betreffende maand, aangevuld prestatie die niet in de controlemassa van voorgaande maanden hebben gezeten.
  • Prestatie komt niet voor op een van de 100%-controles die voor de verwijsregistratie GB-GGZ vastgesteld zijn.
Deelwaarneming 

Het aantal dossiers en frequentie kan per instelling afwijken o.b.v. risico-classificatie en afspraken met de representerende zorgverzekeraar en Assurance provider.
ValueCare trekt aan het eind van elke maand (t) een deelwaarneming uit alle in de voorgaande maand (t-1) geopende, initiële prestaties zonder VC meldingen. 

Toetsingskader 

Voor de prestaties in de deelwaarneming worden de volgende vragen beantwoord:

1. Is verwijzing aanwezig en gericht aan GB-GGZ?     

2. Ligt de datum van de verwijzing binnen 9 maanden voor de aanmelddatum in het EPD?

3. Is de AGB-code in het EPD aan te sluiten met de verwijzer [1]?

4. Is het type verwijzer juist vastgelegd in het EPD?

5. Is de prestatie geopend naar aanleiding van een uitzonderingssituatie[2]?

6. Is tijdig [3] een terugkoppeling aan de huisarts verzonden?

7. Wat is de eindconclusie? (is rechtmatige zorg geleverd?)

Interpretaties

De volgende interpretatiekeuzes zijn gemaakt:

  1. [1] De AGB-code kan afwijken als de huisarts als vervanger voor een andere huisartsenpraktijk optreedt. Er bestaat geen uitsluitsel of de AGB-code van de feitelijk verwijzende huisarts of de AGB-code van de huisarts die wordt vervangen moet worden gebruikt. Is de AGB-code aan te sluiten met de huisartsenpraktijk van waaruit is verwezen, dan wordt dit als 'juist' beoordeeld.
  2. [2] Uitsluitend de volgende routes worden erkend als doorverwijzing: (1) Cliënt komt uit justitieel traject (DBBC), (2) Cliënt is in behandeling bij de aanbieder en zet behandeling direct voort na het beëindigen van de Wlz-indicatie (3) Cliënt komt uit de Jeugdwet, (4)  Doorverwijzing door regiebehandelaar, zowel extern als intern (vanuit S-GGZ).
  3. [3] In deze situaties is geen (nieuwe) verwijzing nodig. Dan geldt dat de huisarts, bij de patiënten die langer dan een half jaar in de zorg zijn in de ggz, minimaal elk jaar een voortgangsverslag ontvangt met: beloop, (gewijzigde) medicatie, (gewijzigd) controlebeleid door ggz en/of huisartsenpraktijk, een eventueel crisisplan, en een aanspreekpunt bij en contactgegevens van de ggz-aanbieder. De van toepassing zijnde situatie moet blijken uit het dossier.
Programmeerbare norm

Er is sprake van “Verwijsregistratie bGGZ (N9340)” als aan de volgende selectie is voldaan:

1)  Alle prestaties met een startdatum in de betreffende maand, aangevuld met prestaties met een eerdere startdatum die niet behoorden tot de controlemassa van voorgaande maanden 


2)  Prestatie komt niet voor op een van de 100%-controles die voor de verwijsregistratie bGGZ zijn vastgesteld


Logica: 1 en 2